De winnaar werd Gerwin van der Werf. Wellicht niet een heel bekende schrijver - nog niet. Toch heeft hij sinds 2010, het jaar dat hij de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd won, zeven romans gepubliceerd, waarvan er twee de Longlist van de Libris haalden. Ook schreef hij twee bundels met verhalen en columns over het onderwijs. Naast zijn schrijverschap is hij muziekdocent aan een internationale school. De dagelijkse omgang met jongeren is een inspiratiebron voor zijn verhalen. In de twee romans die ik van hem las, De droomfabriek (2022) en Wilgeneiland (2024) spelen jongeren en hun belevingswereld een grote rol. Droomfabriek speelt zelfs op een school, volgt een jonge, nog wat onzekere docente en haar relatie tot een uitdagend te noemen klas. Het is zo’n boek dat je na de laatste bladzijde dichtslaat en je je tegelijkertijd realiseert dat je iets las wat honderd procent geslaagd is te noemen.
Minstens zo overtuigend is Wilgeneiland, Van der Werfs meest recente roman. Het verhaal speelt in het polderlandschap rond de Kagerplassen, net boven Leiden. In het fictieve dorpje Oud Zweiland – de naam is ontleend aan een van de plassen, Zweiland – botert het niet echt tussen de traditionele bewoners en de nieuwelingen, de import. Die slechte, van roddels vergeven relatie, vormt de context van een verhaal waarin de dertienjarige Natan, tijdelijke import, en de iets oudere Marie, wiens familie tot de belangrijkste dorpelingen behoort, in de zomer van 1992 de verveling verdrijven door zich mee te laten slepen door geruchten over een moord op een kunstenaar, die eind jaren zeventig gepleegd zou zijn. Die man, Aalt, bewoonde een krakkemikkige woonboot die lag aangemeerd op het Wilgeneiland, in het midden van een grote plas. Die boot, nog nauwelijks drijvende, ligt er in 1992 nog steeds en de boot en het eiland groeien voor Natan en Marie uit tot een obsessie.Van der Werf is een meester in het in de huid kruipen van zijn personages. Natan wil graag dichter te worden, een ambitie die Van der Werf mooi in beeld brengt. Marie heeft iets ongrijpbaars in haar gedrag, Van der Werf heeft aan één lange en beklemmende scène genoeg om je te laten begrijpen hoe dat zit. En ook de bijfiguren zijn doeltreffend uitgewerkt. Naast de woonboot waarop Natan tijdelijk woont met zijn ouders, ligt de boot van Jezus. Dat is de bijnaam die de dorpelingen de man hebben gegeven nadat ze ontdekten dat hij over heel de wereld de rol van Jezus vertolkt in de musicalversie van Jezus Christ Superstar. In het echt heet hij Tom Healy. Van der Werff geeft hem de rol van klankbord voor Natan, in een verhaal dat gaandeweg de trekken vertoont van een coming of age roman.
Je kan een verhaal strikt chronologisch vertellen, en je kan verspringen in de tijd. Van der Werf koos voor dat laatste: van 1978 naar 1992 en vervolgens 1977, 2008, 1990 en 1992. Het wordt op die manier een literair spel, ik noem dat schrijven met een omweg. Het is de ideale manier om verrassingen in te bouwen, het perspectief te laten verschuiven. Zodat je als lezer ineens begrijpt dat het toch écht om die kunstenaar Aalt ging, of hij nu werd vermoord of op een andere manier aan zijn einde kwam. En dat de wens dichter te willen worden kan leiden tot het winnen van een landelijke gedichtenwedstrijd. Wat een hoogtepunt, maar ook een eindpunt kan zijn.
Ik ben heel benieuwd naar De krater, het Boekenweekgeschenk. Je ontvangt het vanaf 12 maart als cadeau bij aankoop van een boek ter waarde van minimaal € 15. En laat dat nu net het bedrag zijn waarvoor Van der Werfs uitgever goedkope herdrukken van zo ongeveer zijn hele oeuvre aanbiedt…
Gerwin van der Werf / Wilgeneiland / 316 blz / Atlas Contact, 2024