maandag 30 april 2012

Valse herinnering

The Sense of an Ending van Julian Barnes is een korte roman, misschien eerder een lange novelle. Maar het verhaal heeft een grote reikwijdte, een universeel thema. Hoofdpersoon is Tony Edwards, een man van ongeveer zeventig. Hij wordt geconfronteerd met gebeurtenissen die zich in een ver verleden - school, universiteit - hebben afgespeeld. Die gebeurtenissen én de gevolgen daarvan zijn volkomen anders dan hij die in zijn herinnering heeft bewaard. En zonder dat hij dat indertijd heeft doorgehad, heeft hij door zijn gedrag het gebeurde stevig beïnvloed. Door dit alles slaat, aan het einde van een gladjes en weinig spannend verlopen bestaan, ineens de balans van zijn leven om.
Barnes doseert zijn informatie vakkundig, waardoor je als lezer in de tweede helft van het boek meermaals een totaal nieuw perspectief krijgt. Knap en heel onderhoudend.

zondag 29 april 2012

Walt Whitman

In Specimen Days laat Michel Cunningham de 19e-eeuwse Amerikaanse dichter Walt Whitman vaak aan het woord. In elk van de drie novellen waaruit het boek bestaat komen personages voor die letterlijk 'leven' met Leaves of Grass, het grote gedicht waaraan Whitman zijn hele leven werkte. In het eerste verhaal, In the Machine, is dat een 12-jarige jongen wiens broer omkomt bij een ongeluk in een fabriek en die diens baan overneemt. Het speelt in New York tijdens de industriële revolutie. Het tweede verhaal, The Children's Crusade, speelt eveneens in New York, maar nu enkele jaren na 9/11. De hoofdpersoon is een vrouwelijke politie-officier die te maken krijgt met zelfmoordaanslagen door kinderen. In de laatste novelle, Like Beauty, maakt Cunningham een stap van 150 jaar vooruit. De hoofdpersoon is een robot die op zoek gaat naar zijn maker. Bij deze tocht wordt hij vergezeld door een vluchtelinge van een andere bewoonde planeet.
De novellen zijn met elkaar verbonden doordat de belangrijkste personages in ieder verhaal terugkeren, met dezelfde naam of een variant daarop. Zo heten de vrouwelijke hoofdpersonen in de verhalen achtereenvolgens Catherine, Cat en Catareen. Ook de plaats van handeling, New York, wordt door Cunningham gebruikt om de verhalen aaneen te smeden. Maar de belangrijkste link is het werk van Whitman. Vanuit Whitmans grondgedachte, de bewondering voor en het bezingen van het Amerika om hem heen, én vanuit allerlei specifieke citaten uit diens werk onderbouwt en verklaart Cunningham het handelen van zijn personages. Cunningham toonde eerder in The Hours, waar hij het verhaal rond Virginia Woolf opbouwde, zijn affiniteit met literaire voorgangers. In The Hours was Woolf een van de drie verhaallijnen en daardoor nadrukkelijker aanwezig. Whitman speelt in Specimen Days een afstandelijker rol.
Cunningham kan schrijven. Zijn taalgebruik is zorgvuldig, soepel en op een natuurlijke wijze esthetisch. Ik heb het in een eerdere blog vergeleken met poëzie. Hierbij citeer ik een passage uit het tweede verhaal, waarin Cat bij avond in een taxi door New York rijdt: The late-night New York you saw from a moving car was relatively quiet and empty, more like anyplace else in nocturnal America. Only at these subdued moments could you truly comprehend that this glittering, blighted city was part of a slumbering continent; a vastness were headlights answered the constellations; a fertile black roll of fields and woods dotted by the arctic brightness of gas stations and all-night diners, town after shuttered town strung with streetlights, sparsely attended by the members of the night shifts, the wanderers who scavenged in the dark, the insomniacs with their reading lights, the mothers trying to console colicky babies, the waitresses and gas-pump guys, the bakers and the lunatics. And scattered all over, abundant as stars, disc jockeys sending music out to whoever might be listening.

vrijdag 27 april 2012

Eindeloos hetzelfde

Phoebe, de echtgenote van Herman Brusselmans, heeft hem na een relatie van 19 jaar verlaten. Hij blijft min of meer hulpeloos achter. Zat er in normale omstandigheden al weinig richting in zijn handelen, in Watervrees tijdens een verdrinking is de doelloosheid nog een niveau'tje sterker. Hij vult zijn dagen met oeverloze kletspraat met twee cafévrienden, maakt afspraakjes met vriendinnen die tot niets leiden, overweegt te verhuizen naar Amsterdam en verlangt in toenemende mate terug naar zijn vrouw.
'Business as usual', zou je zeggen. En dat is ook zo. Bij Brusselmans denk ik al heel lang, nadat ik weer een boek van hem uit heb: nu even niet meer, dit zou misschien de laatste moeten zijn. Maar gek genoeg koop ik dan een klein jaar later meestal toch weer de nieuwe. Waar zit dat in? Is eindeloze herhaling soms verslavend? Of is Brusselmans wellicht toch een groot auteur - een 'zeer belangrijk schrijver', zoals hijzelf al jaren meldt op de achterflap - die bij de wereldtop hoort. Dit laatste denk ik zeker niet, maar in zijn eigen, heel persoonlijke stijl weet hij mij toch te overtuigen. Zo buigt hij in dit verhaal zijn eigen stuurloze treurnis over de vertrokken Phoebe langzaam maar zeker om in een beklemmend gevoel van wanhoop. Knap gedaan. Ik hoop dat het volgende boek niet te lang op zich laat wachten.

zondag 8 april 2012

Een monument

Hoeveel van de honderdduizenden bezoekers die ieder jaar het Rijksmuseum Kröller-Müller in Park De Hoge Veluwe bezoeken zullen weten wie de naamgeefster van het museum was? En hoeveel mensen kennen de geschiedenis van het park zelf? Ik vermoed dat dit er niet heel veel zijn. Eva Rovers beschrijft in De eeuwigheid verzameld. Helene Kröller-Müller (1869-1939) hoe museum en park zijn ontstaan. Beide zijn het resultaat van de visie en gedrevenheid van één vrouw, Helene Müller, geholpen door haar echtgenoot, Anton Kröller. 
Helene was de dochter van Wilhelm Müller, een zakenman uit het Ruhrgebied. In 1888 trouwde zij met Anton Kröller, de jongere broer van de Nederlandse zakenpartner van haar vader. Beide compagnons bezaten het handelsbedrijf Müller & Co. Door de dood van Helene's vader in 1889 en het terugtreden wegens overspannenheid van Anton's broer kort daarop kreeg Anton de leiding van het bedrijf in handen. Binnen tien jaar bouwde hij het uit tot een handelsimperium met een hoofdkantoor in Rotterdam en een handvol buitenlandse vestigingen. In het begin handelde en vervoerde het bedrijf vooral kolen en erts, later ontstonden er ook andere divisies. Omstreeks 1900 was de top bereikt en daar zou het bedrijf lang blijven. Het geld stroomde binnen, er werd een luxueus hoofdkantoor aan het Lange Voorhout in Den Haag betrokken - goed voor de politieke contacten - en Helene en Anton verhuisden met het gezin naar een kapitaal pand in het Van Stolkpark tussen Den Haag en Scheveningen. Omstreeks 1906 nam Helene lessen in kunstbeschouwing bij de Haagse kunstdocent H.P. Bremmer. Daarmee ging er voor haar een andere wereld open. Omdat zij het zich financieel kon veroorloven begon zij schilderijen aan te kopen, daarbij geadviseerd door Bremmer. Na een bezoek dat zij in 1911 bracht aan de Duitse verzamelaar Karl Ernst Osthaus in Hagen en zij diens omvangrijke collectie moderne kunst in Museum Folkwang zag, besloot zij haar kunstverzameling ooit na te laten aan de gemeenschap, in de vorm van een museum. Daarmee was het hek van de dam: Bremmer werd twee dagen in de week ingehuurd met als opdracht een collectie te helpen opbouwen. Binnen tien jaar ontstond een kunstverzameling die uit duizenden objecten bestond: schilderijen, tekeningen, litho's, beelden, Aziatisch porselein en meubels.
Rovers beschrijft gedetailleerd hoe deze fascinerende strooptocht naar kunst verliep. Zij maakt duidelijk wat Helene's drijfveren waren, haar voorliefdes en haar relatie tot Bremmer. Ook de woelige omringende wereld - Eerste Wereldoorlog, revoluties in Rusland en Duitsland, economische crisis - en de gevolgen daarvan voor het bijeenkomen van de verzameling en de realisatie van het museum op de Veluwe krijgen alle aandacht. Het is eigenlijk een wonder dat Helene haar droom van een museum heeft kunnen verwezenlijken, omdat omstreeks 1930 alles alsnog dreigde mis te gaan. Naast een gedegen en zeer goed geschreven biografie is het dus ook nog een heel spannend verhaal.