woensdag 20 maart 2024

'Nietsdoen is de kortste weg naar geluk'

Vier jaar geleden kreeg Herman Koch de diagnose te horen die wij mannen op leeftijd vrezen: prostaatkanker, agressief, met uitzaaiingen op meerdere plekken. Hij besloot, na het even te hebben laten bezinken, het niet wereldkundig te maken. Hoe hij zou omgaan met zijn ziekte zou hij zelf kiezen. In de jaren die volgden schreef hij twee romans, Een film met Sophia en Het Koninklijk Huis. Aan beide boeken ‘was niets te merken’. Het derde boek sinds de diagnose, getiteld Ga je erover schrijven?, zou de plek zijn waar openheid van zaken zou worden gegeven. En dat gebeurt. De titel ontleende hij aan een vraag van zijn arts.

Begin 2020, kort nadat bij hem de ziekte was geconstateerd, reisde Herman Koch naar het buitenland voor een boekpresentatie. Op de terugweg kocht hij op een station een NRC Handelsblad, waarin zijn toen nieuwste boek, Finse dagen, werd besproken. De recensent, Thomas de Veen, gaf het boek als eindoordeel drie van de vijf ballen. In gewoon Nederlands betekent dat ´ruim voldoende´. Tja, verzuchtte Herman toen, van De Veen krijg ik standaard drie ballen. Maar zou hij me er meer hebben gegeven als hij wist dat ik sinds kort een dodelijke ziekte heb? Omdat hij dan misschien medelijden met me zou hebben? Die verzuchting kreeg een plekje in Ga je erover schrijven?, en in zijn recensie van het boek die onlangs in de NRC stond, pakte De Veen de handschoen op. Hij besprak het boek het boek positief en gaf het víér ballen. ‘Dankzij de kanker’. 

We leven in een cultuur waarin het steeds vanzelfsprekender wordt dat Bekende Nederlanders het niet verzwijgen wanneer ze getroffen worden door een ongeneeslijke ziekte. Sommigen voelen zelfs de behoefte om dat feit zo breed mogelijk via de media te delen, lijkt het wel. Koch niet. Na de diagnose vertelt hij het weliswaar aan familie en goede vrienden, maar houdt het verder stil. Hij hoeft geen medelijden.

Vanzelfsprekend reageert Koch emotioneel op het oordeel dat zijn artsen uitspreken. Zeker de eerste weken. Maar al snel beseft hij dat zijn leven waarschijnlijk nog geruime tijd ‘business as usual’ zal kunnen blijven, de artsen geven hem namelijk een prognose van drie à vijftien jaar. Voor een man van achter in de zestig zet dat de zaken wel in het juiste perspectief. Wat ook helpt is dat hij in plaats van chemokuren zal worden behandeld met pillen, wat veel minder zwaar schijnt te zijn voor het lichaam. Dus besluit hij, afgezien van de behandeling, in zijn hoofd te gaan voor die vijftien jaar. En zich verder te houden aan zijn favoriete motto, ‘Nietsdoen is de kortste weg naar geluk’. In zijn overlijdensadvertentie zal níét staan dat hij ´de zware strijd heeft verloren´. 

Het is Koch gelukt oprecht en zonder melodramatisch te worden te schrijven over de ontdekking van zijn ziekte, het slecht-nieuws gesprek, het indalen van bericht in zijn gezin – vrouw, zoon en schoondochter - en zijn besluit hoe ermee om te gaan. Het eerste deel van het boek vond ik bij vlagen groots. Gaandeweg echter dwaalt Koch af van die kern om het ook over andere zaken te hebben. Soms getriggerd door zijn ziekte, zoals mijmeringen over het gezin waarin hij opgroeide. Soms ogenschijnlijk zonder dat, zoals de soms komische, soms wat melige stukjes over zijn optredens in boekhandels door de jaren heen. Daar komt Jiskefet om de hoek kijken, denk ik dan. Dat inwandelen van zijpaadjes is soms begrijpelijk en zinvol, maar doet voor mijn gevoel afbreuk aan de kwaliteit van het boek als geheel. En dat is, bij dit onderwerp, een beetje jammer. Die 271 bladzijden hadden er ook 135 kunnen zijn.

Herman Koch / Ga je erover schrijven? / 271 blz / Ambo Anthos, 2023