woensdag 9 augustus 2023

De affaire Dreyfus

In de laatste jaren van de negentiende eeuw werd de Franse samenleving verscheurd door een militair schandaal, dat uitliep op een politiek schandaal: de affaire Dreyfus. Kapitein Alfred Dreyfus, officier in het Franse leger, werd eind 1894 gearresteerd op beschuldiging van spionage voor Duitsland. Het bewijs leek niet bepaald bikkelhard, maar tijdens een proces achter gesloten deuren veroordeelde een militaire krijgsraad hem tot een levenslange verbanning naar de strafkolonie Duivelseiland, een kaal, rotsachtig eiland voor de kust van Frans Guyana. Hij zou daar de enige gevangene zijn. Dat Dreyfus van Joodse afkomst was speelde in dit proces een rol, het antisemitisme tierde in het Frankrijk van die dagen welig. Begin januari 1895 werd Dreyfus  gedegradeerd, in het openbaar, op de binnenplaats van de Ecole Militaire in Parijs: zijn insignes werden hem afgenomen, zijn zwaard werd doormidden gebroken. De kranten brachten het verslag de volgende dag op sensationele toon, het publiek smulde. De legertop kon, tevreden over haar kordate optreden, achterover leunen. De minister van Oorlog profileerde zich als de held die een Duits-Joodse samenzwering tegen Frankrijk had verijdeld.

Ongeveer een jaar na deze gebeurtenissen ontdekte het nieuw aangestelde hoofd van de militaire inlichtingendienst, Georges Picquart, dat enkele bewijzen die een rol hadden gespeeld in de veroordeling van Dreyfus mogelijk vervalst waren. Toen hij op die bevindingen van zijn medewerkers slechts een lauwe reactie kreeg, en zijn superieuren het hem vervolgens afraadden nog verder te graven, zette hij zijn onderzoek zelf voort zonder hen in te lichten. Het werd zijn persoonlijke missie. Het ging hem zowel om het onrecht dat Dreyfus was aangedaan als om de eer van het Franse leger die dreigde te worden besmeurd.

De Dreyfusaffaire is een geschiedenis die al vaak is verteld. Maar Robert Harris weet, door in de huid van Picquart te kruipen en diens speurtocht meesterlijk te doseren, een bij tijd en wijle bloedstollende spanning te creëren. Harris’ tekening van de generaals van de generale staf, oudere mannen die gepokt en gemazeld zijn in het politieke machtsspel en de veel jongere inlichtingenchef onder druk zetten, is heel overtuigend. Ook wanneer zij, nadat Emile Zola hen in zijn beroemde open brief J’accuse …! aan de schandpaal had genageld en de publieke opinie en de pers aan zijn zijde kreeg, moesten vechten, tegen beter weten in, voor hun carrière, voor hun reputatie. Tevergeefs.

Jeroen Tjepkema, die van het NOS Journaal, leest het boek voor. Dat doet hij precies goed.

Robert Harris / De officier / Vertaald uit het Engels door Paul Witte / luisterboek, voorgelezen door Jeroen Tjepkema / 14 uur en 8 minuten / Cargo, via Storytel