vrijdag 22 april 2011

Natuurbescherming?

Moet de natuur worden beschermd? En zo ja, op welke manier? En tegen welke prijs? Dit zijn de vragen waar T.C. Boyle zijn roman When the Killing's Done op heeft gebaseerd. De plaats van handeling is een eilandengroepje voor de kust van Californië bij Santa Barbara, de Channel Islands. Daar zijn een halve eeuw geleden enkele inheemse diersoorten verdwenen door de introductie van wilde varkens en schapen. Daardoor is de hele ecologische cirkel aangetast. De National Park Service die het eiland beheert wil dit graag terugdraaien en de natuurlijke soorten (vos, golden eagle) weer introduceren, terwijl een groep activisten hiertegen is omdat voor dat plan alle aanwezige varkens moeten worden gedood. Wat volgt is een kat-en-muis spel dat wordt uitgevochten op een van de eilanden en in de media.
Boyle heeft de twee hoofdpersonen, een biologe van de Park Service en een plaatselijke zakenman die de activisten aanvoert, enigszins karikaturaal neergezet. Maar de acties worden flitsend beschreven waardoor het verhaaltempo hoog is. Voeg daarbij de sfeervolle beschrijvingen van het landschap en de creatieve verhaalstructuur waarin Boyle schakelt tussen drie generaties en je hebt een afwisselende en zeer onderhoudende roman.

vrijdag 15 april 2011

The Homecoming

Bernard Schlinck is een auteur die zijn verhalen graag op verschillende niveaus leesbaar wil laten zijn. Ook bij The Homecoming is dat mogelijk. De hoofdpersoon, Peter Debauer, kent zijn vader niet omdat die niet uit de Tweede Wereldoorlog is teruggekeerd. Zijn moeder laat weinig over hem los. Ook zijn grootouders, bij wie hij vaak de zomer in Zwitserland doorbrengt, praten niet over hem. Wanneer Peter bij hen thuis een manuscript van een roman vindt, ontstaat er een wonderlijke spiegeling met zijn eigen leven. Het manuscript verhaalt van een Duitse soldaat die tijdens de Tweede Wereldoorlog de weg naar huis vindt tijdens een barre tocht door vijandelijk gebied. Bij thuiskomst ontdekt de soldaat dat zijn vrouw een andere man heeft. Ook in het leven van Debauer gebeurt daarna iets vergelijkbaars. Uiteindelijk blijkt het manuscript zelfs de link te zijn naar zijn verloren vader.
Het boek is knap in elkaar gezet,  maar voor mij lijden de voortgang en ook geloofwaardigheid van het verhaal te veel onder de structuur. De hierboven genoemde spiegeling, de paralellen met het verhaal van Odysseus, de rol die de vriendin van Peter Debauer speelt: ik ervoer ze als intelligente en slim ingebrachte bouwstenen die de roman echter te kil en analytisch maken.

zondag 10 april 2011

Hellevaart

In de nieuwste roman van Jeroen Brouwers, Bittere bloemen, maakt de 81-jarige grijsaard Julius Hammer in opdracht van zijn dochter een cruise op de Middellandse Zee. De man is ex-politicus (hij was ooit minister), ex-schrijver en ex-rechter. Hij heeft onlangs een beroerte gehad, waarna zijn dochter tijdens de revalidatie bij hem is komen logeren en veel van zijn spullen heeft opgeruimd, geschonken aan archieven en weggegooid. De cruise is bedoeld als laatste fase van zijn herstel.
Het wordt een hellevaart. Op het schip, de Carta Mundi, loopt Hammer een vroegere studente van hem tegen het lijf, de jonge Pearlene. Zij bekommert zich om Hammer, die in motorisch opzicht soms wat hulp nodig heeft. Het schip legt aan in Corsica, waar Hammer achterop de scooter bij Pearlene door de hoofdstad Ajaccio scheurt. Ook bezoekt hij een filmset, waar een film met Nicole Kidman wordt opgenomen. De gemoedstoestand van Hammer krijgt gaandeweg hallunicerende trekjes, wat onder andere teweeg wordt gebracht door de verzengende hitte waar hij steeds meer last van krijgt en de gesprekken met een oude acteur die allerlei herinneringen aan vroeger losmaken. De symbolische toespelingen op het leven en de dood zijn talrijk: het schip, de tocht, de filmset, de oude acteur die beroemd werd door een film van Ingmar Bergman. De structuur van korte hoofdstukken waarvoor Brouwers heeft gekozen maakt een snelle opeenvolging van gebeurtenissen mogelijk. Het snel groeiende gevoel van koortsachtigheid en onthechting van de werkelijkheid bij Hammer is heel overtuigend. De afloop is theatraal en ook weer vol symboliek.
Brouwers werkte lang aan dit boek. Hij voltooide het leeuwendeel ervan nadat hij zelf door een beroerte werd getroffen. De stijl van schrijven is Brouwers op zijn best, het gemopper van de oude Hammer op van alles en nog wat is vaak heel raak en ook grappig. In de theatrale effecten heeft het verhaal iets van een opera. Kortom, voor mij is het een van Brouwers' beste boeken.

zaterdag 19 maart 2011

Vergeefs

Nooit meer slapen van W.F. Hermans is voor mij het ultieme verslag van een zinloze, vergeefse wetenschappelijke expeditie. De hoofdpersoon, Alfred Issendorf, onderneemt een tocht naar het uiterste noorden van Noorwegen om een stelling van zijn hoogleraar te bewijzen: dat bepaalde gaten in het landschap zijn veroorzaakt door meteorieten en niet door smeltwater. Voor zijn onderzoek heeft hij luchtfoto's nodig uit een Noors archief, maar door tegenwerking krijgt hij die niet. Wanneer hij met drie andere onderzoekers toch aan de tocht begint, breiden de tegenslagen zich snel uit: Alfred kan niet slapen door het licht, de muggen zijn een plaag en hij blijkt niet getraind genoeg om het marstempo vol te houden. De expeditie wordt een jammerlijke mislukking, een van de expeditieleden verongelukt zelfs.
Hermans schreef het meesterlijk op. De stijl is droog en kortaf, zakelijk. Maar tegelijkertijd verwerkte hij veel symboliek in het verhaal. Ik herlas het boek als een luisterboek en moest vaststellen dat ik het nog even meeslepend vond als bij de eerste lezing.

dinsdag 15 maart 2011

Wetenschap

Christiaan Huygens (1629-1695) is een van de belangrijkste Nederlandse wetenschappers. Op zijn naam staat onder andere de ontdekking van de ringen rond Saturnus, alsmede een van haar manen, door hem Titan gedoopt. Hij keek naar het heelal met door hemzelf gebouwde telescopen. Hij is de uitvinder van het slingeruurwerk, bewees dat licht een golfbeweging is en deed belangrijke ontdekkingen op het gebied van  de middelpuntvliedende kracht in de mechanica. Omdat hij als eerste wiskundige formules toepaste in de natuurkunde wordt hij gezien als de grondlegger van de theoretische natuurkunde.
Gedurende bijna twintig jaar, van 1663 tot 1681, verbleef Christiaan in Parijs waar hij de onderzoeksdirecteur was van de befaamde Académie des Sciences. Zijn belang wordt verder onderstreept door het feit dat hij in de historische Canon van Nederland een van de vijftig vensters is. Hij had misschien nog wel beroemder kunnen zijn wanneer hij de discipline had gehad zijn ontdekkingen direct te publiceren en een octrooi aan te vragen. Dat liet hij vaak na, of stelde het uit. Daardoor liep hij in ieder geval veel inkomsten mis.
De laatste zeven jaar van zijn leven woonde hij op de buitenplaats Hofwijck in Voorburg, die door zijn vader Constantijn - de dichter en secretaris van de stadhouders - was aangelegd. Christiaan  schreef daar aan zijn Cosmotheoros, een beschrijving van het heelal. In dat boek filosofeert hij ook over het bestaan van buitenaards leven. Een vraag die misschien wat science fictionachtig lijkt voor een serieuze wetenschapper, maar een vraag die ook nu nog velen bezighoudt.
Met Titan kan niet slapen. Een biografie van Christiaan Huygens heeft C.D. Andriesse een informatieve biografie geschreven. Als wetenschapper weet hij de wetenschappelijke prestaties van Christiaan helder uit te leggen, terwijl diens persoonlijk leven ook ruim wordt belicht.

maandag 7 maart 2011

Freedom

Freedom is het langverwachte boek van Jonathan Franzen, verschenen tien jaar na zijn laatste boek, The Corrections. Beide boeken werden door de critici bestempeld als een Great American Novel. In Freedom volgen we de lotgevallen van Walter en Patty Berglund, een echtpaar uit St. Paul, Minnesota, hun kinderen en vrienden. Het verhaal begint vroeg in de jaren '80 en eindigt in 2008. Zo ongeveer alle aspecten die het particuliere en openbare leven in de VS in deze jaren bepaalden komen aan bod: opgroeiende kinderen, buitenechtelijke relaties, de politiek, het milieu, wapenhandel en nog veel meer.
Franzen is een goede stilist en een meester in het neerzetten van personages. Maar het kostte mij moeite de ruim 500 bladzijden uit te lezen. Gaandeweg werd me duidelijk waarom: het boek is volstrekt humorloos, ontbeert relativering en is uitsluitend serieus. Het was interessant, maar Freedom is een boek dat ik niet snel meer zal openslaan.

zaterdag 19 februari 2011

Een stugge vriendschap

Is het zinvol dat briefwisselingen van auteurs worden uitgegeven? Het antwoord daarop lijkt me een duidelijk ja. Maar de meeste brieven worden geschreven zonder de vooropgezette bedoeling ze te publiceren. Dat betekent dat ze lang niet altijd een interessante (literair-historische) inhoud hebben, of zelfs überhaupt niet al te interessant zijn. Dat is ook het geval met de briefwisseling tussen Willem Frederik Hermans en Gerard Reve, Verscheur deze brief! Ik vertel veel te veel. In bijna driehonderd bladzijden presenteren de bezorgers Nop Maas en Willem Otterspeer een keur aan brieven, waarvan de meeste mij niet lang bijbleven.
Maar toch heb ik de bundeling met enig plezier gelezen, want een deel van de brieven maakt heel kernachtig duidelijk hoe de relatie tussen Hermans en Reve was. Ook onthullen de brieven het karakter van de auteurs. Zo feliciteert Hermans in de eerste brief, van september 1947, Reve als volgt met zijn boek De Avonden: 'De Avonden heb ik gistermiddag achter elkaar uitgelezen. Ik feliciteer je ermee. Het boek is buitengewoon eentonig, maar ik heb mij geen ogenblik verveeld.' Hermans komt in deze brieven over als de meer serieuze auteur, voor wie de literatuur een roeping is. Reve is in deze jaren, na zijn eerste successen, onzeker en zoekende.
Halverwege de jaren '50 raakt Hermans geïrriteerd omdat Reve, die in deze jaren in het Engels publiceerde, hem ook zijn brieven in het Engels schrijft. Hij beantwoord een van die brieven dan maar in het Frans. Ze groeien langzaam maar zeker uit elkaar. In 1959 komt het tot een breuk. Daarna schrijft Reve nog enkele brieven, die door Hermans soms op afwerende, zo niet vijandige toon, worden beantwoord. Maar ook aan dat antwoorden komt een eind. Op de enveloppe van de laatste brief die hij van Reve ontving schreef Hermans: 'laat maar zitten'.