Christiaan Huygens (1629-1695) is een van de belangrijkste Nederlandse wetenschappers. Op zijn naam staat onder andere de ontdekking van de ringen rond Saturnus, alsmede een van haar manen, door hem Titan gedoopt. Hij keek naar het heelal met door hemzelf gebouwde telescopen. Hij is de uitvinder van het slingeruurwerk, bewees dat licht een golfbeweging is en deed belangrijke ontdekkingen op het gebied van de middelpuntvliedende kracht in de mechanica. Omdat hij als eerste wiskundige formules toepaste in de natuurkunde wordt hij gezien als de grondlegger van de theoretische natuurkunde.
Gedurende bijna twintig jaar, van 1663 tot 1681, verbleef Christiaan in Parijs waar hij de onderzoeksdirecteur was van de befaamde Académie des Sciences. Zijn belang wordt verder onderstreept door het feit dat hij in de historische Canon van Nederland een van de vijftig vensters is. Hij had misschien nog wel beroemder kunnen zijn wanneer hij de discipline had gehad zijn ontdekkingen direct te publiceren en een octrooi aan te vragen. Dat liet hij vaak na, of stelde het uit. Daardoor liep hij in ieder geval veel inkomsten mis.
De laatste zeven jaar van zijn leven woonde hij op de buitenplaats Hofwijck in Voorburg, die door zijn vader Constantijn - de dichter en secretaris van de stadhouders - was aangelegd. Christiaan schreef daar aan zijn Cosmotheoros, een beschrijving van het heelal. In dat boek filosofeert hij ook over het bestaan van buitenaards leven. Een vraag die misschien wat science fictionachtig lijkt voor een serieuze wetenschapper, maar een vraag die ook nu nog velen bezighoudt.
Met Titan kan niet slapen. Een biografie van Christiaan Huygens heeft C.D. Andriesse een informatieve biografie geschreven. Als wetenschapper weet hij de wetenschappelijke prestaties van Christiaan helder uit te leggen, terwijl diens persoonlijk leven ook ruim wordt belicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten