De keuze van onderwerpen is een heel persoonlijke. Naast honderden thema’s die slechts een of enkele citaten krijgen, zijn er ook waarvan de lemma’s bladzijden lang doorstromen. Alles wat met literatuur te maken heeft, vooral de literaire kritiek, is er zo een. Of homoseksualiteit. Bekende schrijvers hebben er soms een, zoals Harry Mulisch: ‘Wacht even, daar heb ik het nadrukkelijk over een klassiek soort groot schrijver, zoals Harry Mulisch veronderstelt dat hij is.’ (NRC, 1978)
Hilarisch is de volgende . Bij het ontvangen van het eerste exemplaar van zijn roman Over de bergen: ‘Ik sloeg Over de bergen open en zag meteen een zetfout. En hele erge. Een vrouw in een broek, in plaats van een vouw in een broek.’ (1994)
Een laatste kwam ik tegen onder het lemma Bloemlezen. Komrij staat bekend om zijn toonaangevende en vuistdikke bloemlezingen van de Nederlandse poëzie. Op de vraag hoe hij in godsnaam een selectie maakt uit die honderdduizenden gedichten: ‘Je moet heel veel gedichten heel snel kunnen lezen. Dat is een fluitje van een cent. Als de slotregel niet deugt en de beginregel ook niet, dan kan de rest niet veel zijn. Bovendien is een gedicht een visueel iets, ik lees het gedicht als een foto.’ (De Volkskrant, 1986)
Gerrit Komrij / De buitenkant. Een abecedarium / 206 blz / De Arbeiderspers, 1995. Privé-domein, nr. 200