Wat doe je als drie dagen na de bruiloft je kersverse echtgenoot een zware hartaanval krijgt en terug uit het ziekenhuis nog maar een schim blijkt te zijn van de man die je trouwde? Judith weet het wel: ze huurt een huisje op een landgoed in een rustige streek, vraagt voor de gezelligheid haar zus en zwager mee en neemt zich voor daar een hele zomer te blijven. Het gaat immers om leven en dood. Het landgoed in kwestie, Groenlust, is het eigendom van twee zussen, Fiep en Anne. Tijdens het maken van haar reservering ontdekt Judith dat zij en de zussen elkaar van lang geleden kennen. Dat wordt een knusse zomer, denk je dan.
Judith is een schrijver die last heeft van een writers’ block. Maar met haar nieuwsgierigheid is niets mis. Zwervend over het landgoed maakt ze kennis met een handvol kleurrijke figuren dat lid is van een kleine volkstuinvereniging. De vorige landheer, die gevoelig was voor hulp aan de minder bedeelde klasse, heeft met de volkstuinvereniging een pachtcontract gesloten dat slechts eindigt wanneer het aantal volkstuinders onder de tien zakt. Nietsvermoedend laat Judith zich al bij haar eerste kennismaking een volkstuintje aansmeren, voor de duur van de zomer. Waarmee ze de ophanden opheffing van de volkstuinen een poos uitstelt.
Deze verwikkeling vormt in de eerste helft van de roman zo ongeveer de enige opvallende verhaallijn. De schildering van het dagelijkse leven op het landgoed, het tuinieren en koken vormen dan de hoofdmoot. Mizee’s levendige stijl en de talrijke kleine spitsvondigheden dragen het verhaal, zonder dit zou het vermoedelijk wat suf zijn geworden. Maar dan draait het verhaal. Wanneer Judith op een dag in de tuin een schedel vindt, en die na de avondmaaltijd met een groots gebaar in de lege slaschaal legt, krijg het verhaal ineens de trekjes van een detective en daarmee ook wat spanning. Is het de schedel van een spoorloos verdwenen familielid? En hoe past dat dan bij de verhalen die al tientallen jaren rondgaan over die verdwijning? De politie wordt ingeschakeld, er worden meer vondsten gedaan en voor je het weet zit je in iets dat veel weg heeft van een Agatha Christie of Poirot.
Moord op de moestuin is in meerdere opzichten een luchtig verhaal. De stijl van Mizee heeft iets onbevangens, is heel natuurlijk en bovendien doorspekt met kleine geestige opmerkingen. Ik luisterde het boek, professioneel voorgelezen, en dan werkt dat uitstekend. De ‘detective’ is heel vertrouwd, ik las ergens dat Mizee een groot liefhebber is van het werk van Agatha Christie. Je mag dit boek dan ook een geslaagde pastiche noemen. Tot en met de verrassende ‘twist’ in de ontknoping.
Nicolien Mizee
Moord op de moestuin
Voorgelezen door Hymke de Vries
6 uur en 11 minuten
Nijgh & van Ditmar / via Storytel