De Zwarte Cross in de Achterhoek is een van de meest uitgesproken festivals van Nederland. Je kan er alles verwachten, van muziek en theater tot een heuse motorcross. In een van de eerste teksten in
Verzameld nachtwerk van
P.F. Thomése bevindt de schrijver zich in een biertent op het festivalterrein. Te midden van een luidruchtige, al flink aangeschoten menigte ‘middagdrinkers’ overdenkt hij daar het ‘anders’ zijn dan de massa. Hoe kan het dat alle aanwezigen daar en op dat moment een gevoel van saamhorigheid uitstralen, en hij zelf daarin niet kan meegaan? De opmerkingen van de Vlaamse ‘filosoof’ Herman Brusselmans, die samen met Thomése zit te wachten tot zij beiden mogen gaan optreden, verhelderen de zaak niet. Wanneer Brusselmans zich heeft verwijderd voor een sanitaire stop en vervolgens niet terugkeert, zodat Thomése aan een ongestoorde analyse kan beginnen, komt deze tot het inzicht dat hij zich als mens en nog meer als schrijver altijd ongebonden heeft opgesteld, afstand heeft bewaard tot wie niet behoorde tot zijn directe kring of het artistieke milieu. Dat hij dat altijd als een kracht heeft beschouwd. Het ingaan op de uitnodiging van de organisatoren van de Zwarte Cross hadden vrienden hem dan ook afgeraden, want wat zocht hij er? In de biertent realiseert hij zich uiteindelijk dat het ronddraaien in je eigen kringen een doodlopende weg is, een weinig inspirerende exercitie kan zijn, dat het een grotere uitdaging is om te pogen een band aan te gaan met die andere werelden. Zijn optreden, waarvan we het begin meemaken, lijkt voor hemzelf dan ook uit te draaien op een geestverruimende ervaring: ‘
De onwetendheid die er op het festivalterrein heerst, is op het eerste gezicht stuitend, je zou er neerslachtige beschouwingen aan kunnen wijden. Maar er schuilt ook een goddelijk aspect in. Ik bespeur een ontvankelijkheid die mij ontroert, een verlangen om vervoerd te worden, een honger naar metaforen die hen zal verbinden met vooralsnog onbekende werelden.’ Waarna hij, zich een tovenaar met woorden voelend, in gedachten met zijn ‘onschuldige bierkinkels’ in een ruimteschip stapt voor een tripje naar Saturnus en Uranus.
Dit geestige stuk, waarin Thomése essentiële punten aanstipt over de plek van een schrijver in de wereld, is min of meer typerend voor een flink deel van de teksten in deze bundel. Ze zijn losjes gegroepeerd onder verzameltitels als De ongeschreven wereld, Alter ego’s en konterfeitsels, Schrijfduiveltjes, Brieven aan mijzelf en anderen en De terroristische verleiding. Soms is een tekst opgebouwd rondom een statement, dan weer is die meer filosofisch van aard. Vanzelfsprekend komt J. Kessels langs, maar ook Thomése’s eigen imago en schrijverschap, angst voor de dood, vriendschap en het weggooien van boeken. Een bronvermelding ontbreekt, maar het lijken grotendeels gelegenheidsstukken te zijn, in opdracht geschreven voor een bepaalde gelegenheid of publicatie.
De uitgever meldt op het achterplat dat de schrijver ons in deze teksten ‘
op de tast door de post-moderne wereld voert.’ En dat, ‘
hoe verschillend deze verhalen, beschouwingen en herinneringen’ ook zijn, ze zijn te beschouwen als ‘e
en autobiografie van een schrijver’. In zekere zin is dit inderdaad een intellectuele biografie, ze geeft een beeld van wat Thomése bezighoudt. Veel van de teksten zijn heel persoonlijk, de invalshoek is vaak verrassend en Thomése kan op de hem bekende manier zaken raak kan verwoorden, in zinnen die je voor je plezier nog eens overleest. Maar dat je als lezer op de tast door de post-moderne wereld wordt geleid zou ik een mooi staaltje van post-moderne marketing willen noemen.
P.F. Thomése
Verzameld nachtwerk
268 blz
Atlas Contact
Geen opmerkingen:
Nieuwe opmerkingen zijn niet toegestaan.