Een paar maanden geleden las ik Dienstreizen van een thuisblijver, de nieuwste bundel met autobiografische schetsen van Maarten 't Hart. Dat was de aanleiding om ook de vorige bundel te lezen, Een deerne in lokkend postuur. Persoonlijke kroniek 1999. In dit boek houdt 't Hart gedurende het jaar 1999 een dagboek bij. Daarin noteert hij de dagelijkse zaken in en om zijn huis in een polder bij Warmond. Ook schrijft hij over projecten waaraan hij werkt, in dit geval een biografie van Johann Sebastiaan Bach. Soms zijn die notities aardig, maar soms ook wat simpel. Zo maakt hij een reis naar plekken waar Bach gewoond en gewerkt heeft en komt dan ook in Weimar. Hij vindt het een aardige stad, vindt het jammer dat hij niet wat langer kan blijven, maar heeft geen behoefte aan het bekijken van musea die aan Goethe gewijd zijn, want .... Goethe beantwoordde de brieven die hij ontving van Schubert niet. En dat is onvergeeflijk. Tja....
Het aardigst zijn de wat langere essays die 't Hart aan het eind van iedere maand plaatst. Die gaan over onderwerpen als zijn ervaringen als televisiepresentator, zijn pogingen een rijbewijs te halen, het slikken van medicijnen, de geloofwaardigheid van filosofie, zijn lidmaatschap van een platenclub en het lezen van boeken en poëzie. Interessant zijn ook de verslagjes van zijn avonturen verkleed als vrouw. Eenmaal begeeft hij zich gedurende een periode van veertien dagen verkleed als vrouw onder de mensen. En is heel trots wanneer hij door een nietsvermoedende treinconducteur met 'mevrouw' wordt aangesproken.
In de serie privé-domein verwacht ik eigenlijk wel literatuur van (enig) formaat. Dat is dit wellicht niet. Maar het was wel onderhoudend
Geen opmerkingen:
Een reactie posten