Renske was haar naam, Renske Brak. Met haar man Wim had ze weliswaar zes kinderen en een druk huishouden, maar echt ‘erbij’ was ze nooit. Wim, ietwat heerszuchtig van aard en bovendien zeer aanwezig, probeerde haar in dat opzicht bij te sturen maar zonder resultaat. De kinderen gaven het op een gegeven moment maar op. Ze hadden geen moeder, met die aanname was eenvoudiger om te gaan dan met de realiteit. Zo’n vijftien jaar voordat ze samen in het verzorgingshuis terecht zouden verliet Renske haar man. En nu is ze dementerend. Af en toe daagt het haar weer dat Wim haar man is, en dan is ze blij.
Wim Koelewijn is een man die zichzelf centraal stelt. De aardige gestes van zijn kinderen, de korte vakanties waar ze hem op trakteren: hij laat het allemaal over zich heen komen alsof het vanzelfsprekend is. Hij is overtuigd gereformeerd, bestempelt een bevriende predikant die zich op zijn oude dag tot het katholicisme heeft bekeerd met harde woorden als een verrader. Maar hij is ook een flapuit, een enthousiasteling, oprecht. Hij is wie hij is, en schaamt zich daar niet voor. Gedurende de lectuur begon ik hem warempel aardig te vinden.
Dochter Jannetje, redacteur bij NRC Handelsblad, heeft haar belevenissen met haar ouders op journalistieke wijze opgeschreven. De kordate schrijfstijl, de levendige dialogen, haar gave om de meer subtiele zaken tussen de regels door over te brengen: het verslag spreekt aan, leest prettig. En laat je achter met een goed gevoel. Ofschoon het haar niet lukt het gedrag van haar ongrijpbare moeder te duiden, en ze het karakter van haar vader slechts tot op zekere hoogte weet te doorgronden. Maar daarin staat ze niet alleen. Voor een boek als dit zal een grote doelgroep bestaan. Jannetjes lotgenoten.
Jannetje Koelewijn / Fresia’s voor mevrouw Brak. De laatste jaren van mijn ouders / 256 blz / Uitgeverij Van Oorscho