James Salter is sinds enkele maanden een hype. De Amerikaanse schrijver is 87 jaar oud en publiceerde dit
voorjaar voor het eerst in dertig jaar een roman, All That is. Die verscheen
prompt in een Nederlandse vertaling, Alles wat is, omlijst door slimme
publiciteit en veel aandacht in de media. Ik laat me niet snel
meeslepen door een hype, maar was ditmaal wel heel nieuwsgierig
geworden. Omdat ik uit een artikel in NRC Handelsblad begreep dat het uit 1975 daterende Light Years een van zijn mooiste romans moest zijn, ben ik daar maar mee begonnen.
Light Years is het verhaal van
een huwelijk. Nedra en Viri Berland wonen in een sfeervol oud huis aan de
Hudson, even buiten New York. Hij is architect en rijdt dagelijks naar zijn
werk in de stad. Zij zorgt voor het huis en de kinderen, meisjes van vijf en
zeven. Ze ontvangen vrienden, genieten van hun tuin, schaatsen in de winter op
de rivier en huren in de zomer een huisje aan het strand. Nedra legt haar ziel
en zaligheid in het creƫren van een warm thuis voor haar gezin, Viri werkt hard
maar geniet van dit warme thuis en van zijn vrouw en kinderen. Het is 1958.
Tien jaar later is alles anders.
De eerste twijfel ontstond bij Nedra. Twijfel of dit leven voor haar genoeg
was. Of ze, door er zich in op te sluiten, geen kansen liet liggen. Ook Viri
werd onzeker, vooral omdat het echte succes als architect uitbleef. Als
echtpaar groeiden ze langzaamaan uit elkaar, maar hun vriendschap bleef hecht.
Eind jaren zestig neemt Nedra dan een besluit waardoor het leven van het gezin
volledig zal veranderen.
Zo samengevat lijkt dit een bekend
verhaal, het is tenslotte zoveel echtparen overkomen. En het is het onderwerp van
talloze andere romans. Wat het verhaal boven de middelmaat uittilt en het lezen
ervan een bijzondere ervaring maakt, is de taal van Salter. De winterse koude
knispert, de lome zomermiddagen zijn echt warm. De twijfel wanneer Nedra haar
situatie overdenkt is haast voelbaar, evenals de wanhoop van Viri wanneer het
gezin uiteen dreigt te vallen.
Salter doet niet aan
mooischrijverij, maar hij formuleert zorgvuldig. Alsof hij lang heeft nagedacht
en uiteindelijk precies de juiste woorden heeft gevonden. Woorden die de zinnen kort
houden en tegelijk de omstandigheden, de sfeer, de gedachte of de handeling haarscherp
neerzetten. Salter weet meesterlijk emoties op te roepen, of het nu gaat om
volstrekte gelukzaligheid, melancholieke weemoed of uiterste wanhoop. Het gemak
waarmee hij dit lijkt te doen, de souplesse van zijn taal, doet denken aan de
vloeiende stijl van John Updike. Alleen heeft Salter voor hetzelfde minder
woorden nodig. Een citaat dat dit mooi illustreert is het begin van een van de
eerste hoofdstukken: ‘Winter comes. A bitter cold. The snow creaks underfoot with
a rich, mournful sound. The house is surrounded by white. Hours of sleep, the
air chill. The most delicious sleep, is death so warm, so easeful?’
Het lezen van Light Years was een
feest. In zo’n geval neem ik me vaak voor meer van een auteur te lezen, maar
meestal blijft het bij een goed voornemen. Salters oeuvre is echter maar klein. Het bestaat
uit zes romans, twee bundels met korte verhalen, memoires en enkele
toneelstukken. Dat lijkt toch een overzichtelijk project.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten