Op mijn tiende verjaardag kreeg ik Gulliver's reizen cadeau. De Nederlandse vertaling van het boek van Jonathan Swift uit 1726. Ik verslond het boek, vond het prachtig. Ik heb de pocket nog. In mijn streven om af en toe eens iets te herlezen was het ditmaal de beurt aan dit boek. Nu kocht ik de Engelstalige editie, een paperback in de mooie reeks Oxford World's Classiscs. In de boekhandel viel mij al iets op: het boek bevat het verslag van vier reizen, terwijl ik me uit mijn jeugdeditie maar twee reizen herinnerde, die naar het land Lilliput en naar het rijk van de reuzen, Brobdingnag.
De volledige titel van het boek luidt Travels Into Several Remote Nations of the World, in Four Parts. By Lemuel Gulliver, first a Surgeon, then a Captain of Several Ships. De vier reizen gaan achtereenvolgens naar Lilliput (1699-1702), Brobdingnag (1702-1706), Laputa, Balnibarbi, Luggnagg, Glubbdubrib en Japan (1706-1710) en het Land van de Houyhnhnms (1710-1715).
Mijn beeld van het boek is door de herlezing beslist bijgesteld. Wat niet alleen komt omdat ik ditmaal de complete editie heb gelezen, maar ook omdat ik het nu las als volwassene. Het verhaal is bovendien veel meer dan een spannend reisverslag vol haast onvoorstelbare situaties. Er wordt commentaar geleverd op de politieke verhoudingen in Westeuropa, het gaat over rangen en standen, over corruptie en over correct moreel gedrag. Het boek is ook te lezen als een metafoor op de contemporaine vroeg achttiende-eeuwse maatschappij.
De verhalen zitten vol verrassingen. Zo is het land Laputa een vliegend eiland dat zijn vijanden vanuit de lucht bestookt met stenen - een heel vroeg bombardement. En zijn de Houyhnhnms uit het laatste verhaal paarden die een lagere soort - op mensen gelijkende Yahoos - domineren. Verfrissend, het boek leest als een klassieker én als science fiction.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten