Tot het moment, een uur of zo in het verhaal, dat Fairfax bij het doorsnuffelen van de studeerkamer van de pastoor voorwerpen van ‘plastic’ aantreft. Ik luisterde het boek al wandelend, dus dacht even dat ik het verkeerd verstond. Maar nee, hij ging echt om ‘plastic’. Maar we bevonden ons toch in 1468, zoals Harris in de eerste zin van het verhaal al had verteld? Kortom: verwarring. Doorluisteren maar, dacht ik.
Spoiler alert!
Het gaat je pas echt dagen wanneer Fairfax even later een klein glad voorwerp aantreft, dun, niet groter dan je hand, de voorzijde van glas en de metalen achterkant voorzien van een beeldmerkje: een appel waaruit een hap is genomen. Dan weet je het zeker: wij bevinden ons niet in de Middeleeuwen. Tenminste niet die zoals wij die periode kennen.
Harris’ plot is ingenieus én op een plagerige manier speels, prikkelend. Je moet het maar bedenken, de wereld in 2025 ten onder laten gaan door de Apocalyps, opgeroepen door wijdverbreid zondig gedrag, waarna het resterende deel van de mensheid duizenden jaren in de beschaving terugvalt en alles weer vanaf het begin moet opbouwen. In die ‘nieuwe’ wereld is interesse in de ‘oude’ maatschappij streng verboden, wordt beschouwd als ketterij. Dat verbod wordt gehandhaafd door – ja, u raadt het al – de rooms-katholieke kerk.
Een thriller zoals Harris die gewoonlijk schrijft is De tweede slaap niet echt. De speurtocht die Fairfax, getriggerd door zijn vondsten, samen met enkele anderen onderneemt heeft meer weg van een intellectuele Spielerei. En dat in een omgekeerde wereld. De ‘herstarters’ in het middeleeuwse 1468 beschouwen zich immers als de Nieuwen, voor hen zijn de slachtoffers van de Apocalyps de ‘Ouden’. Slim gevonden, doeltreffend en elegant uitgewerkt. Voor mezelf moet ik alleen nog bedenken of dit een historische roman is of sciencefiction.
Robert Harris / De tweede slaap / Luisterboek, voorgelezen door Jeroen Tjepkema / 10 uur en 34 minuten / Cargo, via Storytel, 2019