dinsdag 21 september 2021

Een biografie, maar dan anders ...

Wie wel eens een boek heeft gelezen van de Russische schrijver Fjodor Dostojevski herinnert zich vast het meest wezenlijke element: de heftige emoties van de belangrijkste personages, wanneer zij in situaties terechtkomen waarin zij de grip op hun bestaan dreigen te verliezen. Romans als De broers Karamazov, Misdaad en straf, De idioot en Aantekeningen uit het ondergrondse hebben ruim anderhalve eeuw nadat zij werden geschreven nog niets aan kracht en populariteit ingeboet, mede door juist dit aspect. Ook Dostojevski zelf leidde een leven waarin sprake was van hoge pieken en diepe dalen. Sterker nog, dat leven vormde de belangrijkste inspiratiebron voor talloze scènes in zijn werk. We weten dit uit biografieën van de grote Rus al veel langer, maar sinds kort is een wat je zou kunnen noemen ‘aanschouwelijke’ weergave van die link tussen het leven en de teksten beschikbaar. Een biografie die op nogal onorthodoxe wijze is samengesteld door de jonge Britse redacteur en schrijver Alex Christofi. Een biografie waarin Dostojevski zelf ‘meeschrijft’. Een ongewoon procedé dus, verre van wetenschappelijk maar wel heel spannend om te lezen.

Dostojevski schreef nooit een autobiografie, ofschoon hij dat wel van plan was. Op kerstavond 1877, hij was toen 56 jaar, stelde hij een memorandum op waarin hij zich voornam gedurende de rest van zijn leven nog vier projecten te realiseren. Het schrijven van zijn memoires stond op plek drie. Tien jaar zou hem dat kosten, schatte hij in. Waarna hij verzuchtte dat hij op dat moment al 56 was. Dat voornemen van Dostojevski was voor Christofi zowel het uitgangspunt als de rechtvaardiging: ‘Zijn krachtigste werk was ongetwijfeld aan zijn eigen ervaringen ontleend, of het nu de beschrijving is van een quasi-mystieke ervaring van een epileptische aanval in De idioot of zware arbeid in een Siberisch strafkamp in Aantekeningen uit het dodenhuis. Dit boek begaat daarom vrolijk een academische dwaling, namelijk Dostojevski’s autobiografische fictie vermengen met zijn fantasieleven in de hoop het effect van gereconstrueerde memoires te creëren.’  

Als voorbeeld van die techniek neem ik maar even de proloog, waarin Christofi de lezer direct confronteert met zijn aanpak. We schrijven 1849. Dostojevski is dan een jonge officier bij de genie, een beginnend auteur – drie jaar eerder debuteerde hij met de roman Arme mensen – en een sterk bewogen pleitbezorger voor meer sociale rechtvaardigheid. Een tijdlang verkeerde hij in meer activistische kringen en werd daarom in het voorjaar van 1849 samen met een handvol anderen gearresteerd op de beschuldiging dat ze een socialistisch-revolutionaire beweging vormden. Na acht maanden opsluiting werden Dostojevski en vijf van zijn kameraden ter dood veroordeeld. Op 22 december van dat jaar, vroeg in de ochtend, werden ze op en kar geladen en overgebracht naar het exercitieterrein waar het vonnis zou worden voltrokken. 

Wat voelde Dostojevski daarbij: ‘Het ergste van de straf is niet de lichamelijke pijn, maar het zekere besef dat over een uur, en dan over tien minuten, en dan over een halve minuut, je ziel je lichaam moet verlaten en je niet langer een mens zult zijn, en dat is zeker – zeker! Want daar gaat het eigenlijk om: de zekerheid ervan. Een moord door een vonnis is veel erger dan een moord die een misdadiger begaat. Als je ’s nacht wordt aangevallen in een donker bos, hoop je nog tot aan het moment van je dood dat je zult ontkomen. Maar bij een terechtstelling is die laatste hoop je afgenomen en is er in plaats daarvan de vreselijke zekerheid dat je niet aan de dood kunt ontkomen. Het is het verschrikkelijkste lijden dat er is.’ 

Op het moment dat de eerste drie mannen al waren geblinddoekt en vastgebonden aan de paal, stoof een kozak te paard het terrein op met de mededeling dat de tsaar de straf van het zestal had gewijzigd in verbanning naar een werkkamp in Siberië. Dat was op dat moment natuurlijk een nauwelijks te bevatten boodschap, maar deze dag zou zijn sporen nalaten in Dostojevski’s oeuvre. De door Christofi hier gebruikte citaten zijn geplukt uit de romans De idioot en Vernederd en gekrenkt, en uit een brief die Dostojevski nog dezelfde dag stuurde aan zijn broer Michail. En zo gaat dit het hele boek door, wat je een intense leeservaring bezorgt. Een biografie met een ingebouwde turbo, zou je kunnen zeggen.

Drie vrouwen speelden een belangrijke rol in het leven van Dostojevski. Met de eerste, Maria, trouwde hij in 1857. Zijn straf in het werkkamp zat er toen al enkele jaren op en hij vervulde zijn diensttijd in een kazerne diep verscholen in de Russische provincie. Het huwelijk was niet gelukkig, wat aan hem vrat. Enkele jaren later raakte hij verliefd op de mooie jonge Polina, met wie hij een maandenlange reis door Europa maakte. Hij ontwikkelde op die reis een passie voor gokken en was avonden lang niet bij de speeltafels weg te slaan. Hij verloor een vermogen, verloor ook Polina die de spanningen niet aan kon. Toen kort erna zijn echtgenote aan de tering stierf én zijn broer Michail overleed, verloor hij de grond onder zijn voeten. Zijn broer liet grote schulden na, die Dostojevski’s penibele financiële situatie nog verergerden.  

De speler, de roman die hij in 1866 schreef, is de weerslag van die gokverslaving. De auteur als ervaringsdeskundige. Dostojevski dicteerde de roman – die aardig wat geld zou opbrengen - in een handvol weken aan Anna, een jonge stenografe. Enkele maanden later trouwde hij met haar. Ook met haar reisde hij kort erna door Europa, en ook ditmaal was de reis een vlucht voor de – resterende - schuldeisers. En ook nu wist Dostojevski in de Duitse kuuroorden de verleiding niet te weerstaan. Hij verloor opnieuw, en bedelde om de haverklap per brief om meer geld bij familie en vrienden. Voor Anna werd de aangrijpende roman die zij zelf als stenografe had neergepend nu ineens een tastbare werkelijkheid, waarvan zij zelf een van de hoofdpersonen was. Bizar. De gevoelens van dwang, wroeging en soms ook uiterste wanhoop die het paar in deze weken en maanden moet hebben beleefd, worden door Christofi ook hier vakkundig opgeroepen door zorgvuldig gekozen citaten uit het literaire werk en brieven. 

Maar het zou goedkomen. Bij zijn overlijden, vijftien jaar later, treurde Rusland om het heengaan van haar grootste schrijver. De man die in die laatste fase van zijn schrijverschap een handvol grote meesterwerken had geschreven. Die zich had herpakt, die zijn heftige persoonlijke ervaringen had weten om te zetten in grote literatuur. 

Alex Christofi / Dostojevski en de liefde. Een intiem portret van de beroemde Russische schrijver / Vertaald uit het Engels door Catalien van Paassen / 303 blz / Meulenhoff