zondag 30 november 2025

Neurenberg: verslaggevers bij het hoofdproces

Het moet voor Russell Crowe een dubbel gevoel zijn geweest dat Gladiator 2 vorig jaar zonder hem werd opgenomen. Gladiator 1 was immers zijn meest succesvolle film geweest. Als nog jonge acteur won hij er een Oscar voor Beste Hoofdrol mee. Maar ja, aan het slot van die film stierf zijn personage, dus een terugkomst in die rol was uitgesloten. Maar zelfs als die mogelijkheid om terug te keren er wel was geweest, dan was er een ander, nogal  groot, probleem geweest. Crowe was namelijk niet langer de gespierde, afgetrainde acteur van weleer. Vijfentwintig jaar iets te veel eten en iets te weinig sporten hadden sporen nagelaten. Maar gelukkig zijn er ook voor de wat dikkere man mooie filmrollen. Wat dacht u van Hermann Göring? Voor Crowe toch op het lijf geschreven, zou je denken. En in psychologisch opzicht voor een acteur een uitdaging, lijkt mij. Ik schat in dat Crowe het aanbod om die oer-nazi tot leven te brengen gretig heeft aangenomen. 

We hebben het over de speelfilm Nuremberg, die enkele dagen geleden z’n Nederlandse première beleefde. Mooi samenvallend met het begin, tachtig jaar geleden, van de Neurenbergse processen. Meer dan de trailer heb ik er nog niet van gezien, maar die geeft de indruk dat Crowe met merkbaar plezier in de huid van ´Dicke Hermann´ is gekropen.

Ook op het boekenfront is er het afgelopen jaar nogal wat aandacht geweest voor het jubileum van de processen. Een van de aardigste uitgaven is voor mij wel Het schrijverskasteel van de Duitse historicus Uwe Neumahr (1972). Die kijkt daarin naar het in november 1945 begonnen hoofdproces tegen de belangrijkste aangeklaagden, en doet dat door de ogen van zo’n twintig journalisten en schrijvers die door hun krant of ander medium naar Neurenberg waren afgevaardigd. De titel van Neumahr’s boek, Het schrijverskasteel, verwijst naar het onderkomen waar het gros van de honderden journalisten was ondergebracht. Dat was het kasteel Faber-Castell even buiten de stad, dat eigendom was van de gelijknamige adellijke familie die rijk was geworden door de productie van potloden. 

Heel luxe was het verblijf in het kasteel niet, de meeste gasten moesten kamers delen, soms wel met tien man. En ook het sanitair was niet berekend op zoveel gebruikers. Maar met z’n allen zo dicht op elkaar zitten had ook voordelen. Overdag, in de rechtszaal,  werden de journalisten geconfronteerd met de meest gruwelijke getuigenissen. Dag na dag. Dan was het prettig om ’s avonds, in het verder best wel gezellige kasteel, stoom af te blazen. Het eten was niet om over naar huis te schrijven, maar drank was er in overvloed. Veel journalisten hielden het alle twaalf maanden dat het hoofdproces duurde vol. Dat is niet verwonderlijk, het proces en de vele onthullingen waren immers wereldnieuws. Hoe vaak krijg je de kans daar bovenop te zitten? En, ook belangrijk, het was een novum: nooit eerder waren zo kort na een oorlog de schuldigen berecht, en dat zo grootschalig, zorgvuldig en juridisch onderbouwd. Het zou een standaard worden. Wij gebruiken daar nu de term ‘tribunaal’ voor.  

Door wiens ogen kijken we naar het proces? Enerzijds door die van ervaren oorlogsverslaggevers als de Amerikanen John Dos Passos en William Shirer. Deze laatste had als correspondent van CBS New York vanaf 1934 in Berlijn gewoond, had verslag gedaan van de jaarlijkse rijkspartijdagen in Neurenberg en was begin 1940 zelfs meegereisd met de Duitse troepen die Scandinavië, Nederland, België en Frankrijk innamen. Pas toen hij merkte dat de Gestapo een dossier over hem aanlegde, hield hij het voor gezien. Shirer was vooral geliefd om zijn radioreportages. In miljoenen huiskamers in Engeland, de Verenigde Staten en de rest van de wereld klonk soms dagelijks zijn stem door de radio, direct verslag doend vanuit een veldtocht of als ooggetuige van de val van Duinkerken. Die voor velen herkenbare stem deed nu verslag van het hoofdproces. 

Ook Martha Gellhorn was een van de meer ervaren verslaggevers. En een van de weinige vrouwen onder hen. Samen met haar echtgenoot Ernest Hemingway had zij vanaf 1936 verslag gedaan van de Spaanse Burgeroorlog, daarna vanuit Duitsland van de opkomst van de nazi’s. Tijdens de oorlog lag zij met haar echtgenoot in een complexe vechtscheiding, maar dat weerhield haar er niet van voor haar werk tot het uiterste te gaan. Zo was zij de enige verslaggever die op D-Day bij de troepen was – illegaal, een weergaloos spelletje verstoppen – en een van de eersten die het kort tevoren bevrijdde concentratiekamp Dachau bezocht. Haar verslagen daarvan, en vooral de directheid, vormen een staaltje journalistiek op hoog niveau. 

Een andere bekende vrouw in Neurenberg was Erika Mann. Deze dochter van Thomas deed haar werk vanuit een geheel ander vertrekpunt. Samen met haar broer Klaus en enkele vrienden had zij de opkomst van Hitler van satirisch commentaar voorzien door middel van haar cabaret Die Pfeffermühle. Dit, samen met de talloze artikelen waarin zij zich teweer stelde tegen de nazi’s hadden haar al vroeg een plekje hoog op Hitlers dodenlijst bezorgd. Waar Gellhorn in Neurenberg volstrekt professioneel bleef, kon Erika Mann soms de verleiding niet weerstaan iets te triomfantelijk op de perstribune plaats te nemen.

Gaandeweg het proces stuitten de verslaggevers op een met de dag problematischer gegeven: nu het 'nieuwtje' van het proces er wel zo'n beetje af was, en er niet alle dagen spectaculaire filmbeelden of  verhoren in de aanbieding waren, verloor het grote publiek z'n interesse. Dat probleem werd mede veroorzaakt door de beslissing, bij de start van het proces door de rechters genomen, om alle processtukken in de rechtszaal  voor te lezen. De Amerikaanse topjournalist Howard Smith pleitte voor het afschaffen van die regel, want: 'voor de geschiedenis zelf is dat van geen belang, maar voor de verslaggever die ook de melkboer in Pretoria moet zien te bereiken is het juist van doorslaggevend belang.'

Ieder van de verslaggevers en schrijvers krijgt van Neumahr een eigen hoofdstuk, waarin tevens een specifiek onderdeel van de procesgang wordt behandeld. In chronologische volgorde, waardoor het boek ondanks de overvloedige informatie heel overzichtelijk blijft. Het aardige is ook dat je volkomen onverwachte namen aantreft. Bijvoorbeeld Erich Kästner, die naast zijn schrijverschap na de oorlog een imposante carrière als krantenman zou opbouwen. Ook Hannah Arendt komt voorbij. 

Zo staat dit niet eens heel dikke boekje boordevol met interessante en ook verrassende informatie. En zelfs sappige. Zo leukte de Engelse auteur Rebecca West haar tijd in Neurenberg een beetje op door een affaire te beginnen met de Amerikaanse opperrechter. Zij genoot daar intens van, had niet gedacht op haar 53ste zoiets nog mee te maken. Het proces kon haar niet lang genoeg duren. Na afloop ging die rechter echter gewoon terug naar Washington, naar zijn vrouw en kinderen. 

Maar de echte showstopper was toch wel Hermann Göring. Na Hitler in rang de hoogste nazi, was hij voor de geallieerden de grote vis. Tijdens het proces was dat ook merkbaar. In de tribune voor de verdachten was hij op de belangrijkste plek gaan zitten, en hij gedroeg zich ook als de leider van de bende. De meesten van zijn medebeklaagden ondergingen de rechtsgang lijdzaam, maar Göring was gewend te zeggen waar het volgens hem op stond. Hij wist zelfs, tijdens zijn verhoor in maart 1946, hoofdaanklager Robert Jackson door sluwe opmerkingen en een degelijke dossierkennis in de verdediging te dwingen.

Ik ga zien hoe Russell Crowe het er als Göring afbrengt. Tussen zijn rol in Gladiator 1 en deze rol in Nuremberg bestaat trouwens nog wel een frappante overeenkomst: ook ditmaal sterft zijn personage aan het eind. Niet in een heroïsch gevecht, maar helemaal alleen, in de nacht voor zijn executie, in zijn cel, met een buisje cyaankali. 

Uwe Neumahr / Het schrijverskasteel. De Neurenbergse processen: ontmoetingen aan de rand van de afgrond / Vertaald uit het Duits door Atia Verheij / 285 blz / Het Getij, Querido Facto, 2023