zondag 25 september 2022

Een jaar in Wandernburg

Breng de Duitse vroege negentiende eeuw ter sprake en in gedachten ben ik al in Weimar. Niet alleen omdat het de stad van Goethe en Schiller is, maar ook en vooral om de sfeer die er hangt. Zelfs vandaag de dag bewaart het stadje nog dat kalme, provinciale karakter dat op andere plekken te vaak verloren is gegaan. Er een dagje rondslenteren – of zelfs een uurtje, Weimar ligt dicht bij een snelweg naar andere vakantiebestemmingen – is een traktatie. Vandaar dat ik mij tijdens het lezen van De eeuwreiziger van Andrés Neuman al snel thuis voelde. Neuman situeert zijn roman weliswaar in het fictieve stadje Wandernburg, maar heeft daarvoor vast goed gekeken naar Weimar en vergelijkbare plaatsen.

We schrijven omstreeks 1830, wanneer de jonge man Hans per koets in Wandernburg arriveert. Hij komt uit Berlijn en is op weg naar Dessau. Hij neemt zijn intrek in een herberg. Oorspronkelijk voor de nacht, maar hij maakt er snel vrienden en zal er ruim een jaar blijven. De lokale orgelman – arm, wonend in een grot buiten de stad – wordt een vriend én adviseur in zake van de liefde. Sophie, de dochter van een notabele en de verloofde van de rijkste erfgenaam van de stad, wordt zijn geheime geliefde. Samen vertalen zij in opdracht van de gerenommeerde uitgever Brockhaus het werk van jonge Europese dichters in het Duits. Hans raakt ook bevriend met de lokale koopman Alvaro, van Spaanse origine. Deze contacten maken dat Hans zich in Wandernburg thuis voelt en er blijft.

De vroege negentiende eeuw was een periode van grote omwentelingen in meerdere Europese landen. De industriële revolutie had grote gevolgen voor de werkgelegenheid van de arbeiders, de Napoleontische jaren brachten nieuwe denkbeelden over het landsbestuur en de rol van de bevolking daarin. De filosofie, letterkunde en beeldende kunst beleefden gouden tijden, de ontwikkelingen volgden elkaar snel op. Neuman geeft dit alles een mooie plek middels de salon die Sophie iedere vrijdagmiddag organiseert voor een tiental geletterde plaatsgenoten. Ook Hans nodigt zij daarvoor uit. De discussies die daar plaatsvinden bieden een helder tijdsbeeld, al is het af en toe doorbijten wanneer ze bladzijden lang doorgaan. De vrijage tussen Hans en Sophie, scènes die Neuman spetterend beschrijft, vormt dan een welkome afwisseling. 

De eeuwreiziger is wel een ideeënroman genoemd, maar voor mijn gevoel is het daarvoor te weinig een dwingend betoog en te veel een roman. Maar het is zeker een boek dat je na lezing achterlaat met een vrij goed beeld van de denkwereld van de gemiddelde Duitser aan het begin van een eeuw waarin veel, zo niet alles, in de maatschappij zou veranderen.

Andrés Neuman / De eeuwreiziger / 620 blz / Athenaeum – Polak & Van Gennep, 2010