dinsdag 23 april 2019

Gedroomde vrouwen

Zeemeerminnen bestaan niet. Het verschijnsel zal eeuwen geleden zijn ontsproten aan het brein van dronken zeelieden. Dichters en schrijvers zijn vervolgens met dit droombeeld aan de haal gegaan en hebben het als legende stevig verankerd in de literatuur. Homerus vermeldt er een in zijn Odyssee, Columbus meende er een te hebben waargenomen. Maar in het echt bestaan ze niet, dat mag je toch aannemen. Het knappe van The Mermaid and Mrs. Hancock daarentegen, het debuut van de Britse schrijfster Imogen Hermes Gowar, is dat je als lezer volledig meegaat in de aanname dat er wél zeemeerminnen zijn geweest. In ieder geval de twee die ze in haar wonderlijke,  overtuigende roman een rol geeft.

Het verhaal speelt in 1785 en de daarop volgende jaren in het zuiden van Engeland, in de omgeving van Londen. Een reder, Jonah Hancock, hoort van de kapitein van een van zijn schepen die terugkeert van een reis naar het Verre Oosten dat hij daar zijn schip heeft geruild tegen iets heel bijzonders, een zeemeermin. Wat die kapitein uit zijn plunjezak tevoorschijn haalt is evenwel geen mooi exemplaar, maar een gestorven, verdroogd en gerimpeld wezentje dat evengoed toch nog als zeemeermin te herkennen is. Eenmaal van zijn schrik en verontwaardiging bekomen, besluit Hancock het ding tegen betaling tentoon te stellen in een lokale kroeg. Het loopt storm, de bezoekers zijn gefascineerd. Omdat het geld als water binnenstroomt besluit hij in te gaan op het voorstel van een lokale bordeelhoudster, Mrs. Chappell, die het object een week van hem wil huren. Voor Hancock is dat de introductie tot een wereld die hem onbekend is, de wereld van vermogende kooplieden, verdorven politici, verleidelijke vrouwen en zorgvuldig georkestreerde orgiën.

Hancock ontmoet op zo’n wild feest in het chique bordeel de beeldschone Angelica Neal. Zij is met haar 28 jaren een al wat oudere prostitué, die kort daarvoor de harem van Mrs. Chappell heeft verlaten en voor zichzelf is begonnen. Met wisselend succes. In de bescheiden weduwnaar van middelbare leeftijd die Jonah Hancock is ziet zij een mogelijkheid om haar toekomst veilig te stellen. Zij voelt ook daadwerkelijk iets voor hem, wat Gowar op subtiele wijze laat zien. Hij beantwoord die liefde hartstochtelijk. Ze trouwen, en beginnen met het duizelingwekkende bedrag dat de verkoop van de zeemeermin opbrengt een leven samen, op een voorname buitenplaats in de heuvels langs de Thames.

Hoewel, helemaal samen zijn ze daar niet, er is nóg iets. Een tweede zeemeermin, ditmaal een levende, die Hancocks kapitein na een lange speurtocht in de Noordelijke oceaan voor hem heeft gevonden. Zij is er omdat Angelica haar in het begin van hun relatie wenste, als bewijs van Hancocks liefde voor haar. De aanwezigheid van de meermin hangt echter voortdurend, en steeds sterker, als een onzichtbare maar dreigende doem boven hun relatie. Het zal doorpakken vergen, en keuzes maken, om dat te niet te doen. De ontknoping is een vondst: onverwacht, elegant en vol symboliek.

Gowar schetst het Engeland van de late achttiende eeuw met een vanzelfsprekendheid en aandacht voor detail die imponeert. Ze lijkt gefascineerd door de positie van de vrouw. Angelica Neal en de dames om haar heen bieden tezamen een staalkaart van aspecten van het vrouw-zijn in die periode. Eigenlijk is Jonah Hancock de enige man van betekenis in het verhaal. De rijkdom van Gowars taal en haar vloeiende stijl – een vergelijking met Charles Dickens komt op - maken het boek af, én een genot om te lezen.

Imogen Hermes Gowar
The Mermaid and Mrs. Hancock
488 blz
Penguin Random House

[ Nederlandse editie: De meermin en de courtisane]